Portret van Willem Joseph Baron van Ghent, Hendrik Bary, 1657 - 1707 © Rijksmuseum PD

Spiegelversiering van de Royal Charles, anoniem, ca. 1663 - ca. 1664 © Rijksmuseum

Allegorisch portret van de admiraals Michiel de Ruyter en Willem Joseph Baron van Ghent, ca. 1667, Romeyn de Hooghe (toegeschreven aan), 1667 © Rijksmuseum PD

Van proost tot domheer

Rond zijn dertiende levensjaar trad Willem Joseph toe tot het kapittel van de Domkerk van Utrecht. In 1642 werd hij benoemd tot Proost van de Proosdij van Elst als opvolger van zijn ooms Willem en Walraven. Op latere leeftijd werd hij Domheer van het kapittel. Beide functies vervulde hij tot zijn dood in 1672.

Militaire carrière

Willem Joseph koos daarnaast voor een militaire carrière en nam deel aan een Regiment Walen, onderdeel van het Staatse Leger. Later gaf hij daar in de rang van luitenant-kolonel leiding aan. Al in 1659 vonden de eerste acties van landsoldaten vanaf schepen plaats. Dit monde op 10 december 1665 uit in de oprichting van het Regiment de Marine, het latere Korps Mariniers, gelegerd in de marinebasis Hellevoetsluis waarvan hij commandeur was. Van Ghent werd in de rang van kolonel, de eerste commandant van het Korps. Daarnaast volgde hij Cornelis Tromp op als luitenant-Admiraal.

Tocht naar Chatham

Het hoogtepunt van zijn carrière was de Tocht naar Chatham in juni 1667. Cornelis de Witt, de gedeputeerde namens de Staten Generaal, gaf Van Ghent het bevel om de rivier de Medway op te varen en zoveel mogelijk schepen van de Engelsen te verbranden. Onder bevel van Van Ghent voerde een geselecteerd smaldeel van lichtere schepen de opdracht uit. Een maand later tekenden de Engelsen het vredesverdrag van Breda.
De versierde achterkant van de "Royal Charles", het buitgemaakte vlaggenschip van de Engelsen, is vandaag de dag nog steeds te bezichtigen in het Rijksmuseum.

Na zijn overlijden

De vrede hield een vijftal jaren stand en het rampjaar diende zich aan. Nadat hij op 7 juni 1672 in de slag bij Solebay sneuvelde, is hij in de Republiek van de Verenigde Nederlanden herdacht als een dappere, vriendelijke en pretentieloze man. Van Ghent werd begraven in het monumentale praalgraf van de hand van Rombout Verhulst in de Domkerk van Utrecht.

Van Ghent wordt met name geëerd doordat hij naamgever is van de Marinierskazerne in Rotterdam, hét startpunt voor iedere aspirant marinier. In tal van plaatsen is een straat naar hem vernoemd. Recent is er een plein in Winssen naar hem vernoemd. Zijn portret hangt onder meer in het gebouw van de Eerste Kamer.
Verder lezen: www.wjvanghent.nl/