Opmars van de Franken
Als het Romeinse Rijk in 476 ten onder gaat, hebben de Franken het westelijk deel ervan al grotendeels veroverd. Ze stichten het Merovingische Rijk, genoemd naar hun eerste koning Merowech. Het is zijn kleinzoon Clodowech (ook wel Clovis), die achter elkaar de gebieden die overigens al ingenomen zijn door de Bourgonden, Alemannen en Visigothen verovert. Hij maakt Parijs tot hoofdstad.
Economische terugval
Hoewel de Franken trachten alles wat de Romeinen nalieten in tact laten, valt Europa economisch terug. Er ontstaat een netwerk van grotendeels zelfvoorzienende domeinen, al blijft enige handel wel bestaan. Dit heeft bestuurlijke gevolgen. Om alles bij elkaar te houden ontstaat er een stelsel op basis van het afleggen van trouw (feodum). De Merovingers leggen zo de basis voor het feodale stelsel. Dat gaat van de landsheer tot de eenvoudige boer.
Om twee redenen valt het Rijk toch uiteen. Enerzijds doordat regionale en lokale machthebbers hun eigen gang gaan; anderzijds door hoe de erfopvolging van koningen bij de Franken is geregeld. Alle zonen erven. Bij de dood van Clovis zijn dat er vier. Ontevredenheid over de verdeling van de gebieden leidt meestal tot veel onderlinge strijd. Het is de hoogste ambtenaar, hofmeier Pepijn de Korte, die in 752 een einde aan de chaos maakt. Hij sticht het Karolingische Rijk.
Graven en geloof
De invloed van de Merovingers is groot op het gebied van cultuur en geestelijk leven. Dit geldt vooral voor hun wijze van begraven en het verspreiden van het christelijk geloof. Bij het begraven is er sprake van een dubbele bekisting. De dode wordt namelijk in een doodskist in een bekiste grafkuil ter aarde besteld. Hij krijgt bijgiften mee. Dat wijst erop dat de Merovingers geloven in een leven na de dood.
Het grafveld in Wijchen
Het is opmerkelijk dat Clovis zich tot het christelijk geloof bekeert. Daarmee wordt het Merovingische Rijk christelijk. De wijze van begraven en de overgang naar het Christendom is binnen Nederland en Gelderland duidelijk terug te vinden in Wijchen. Daar is namelijk een groot grafveld. Tussen 450-725 begraven de Merovingers daar de doden van uit de hele omgeving. Het gaat om 20 tot 25 families die verspreid in het gebied wonen. Er is overwegend sprake van bekist begraven. De graven laten zien dat er sprake is van een elitaire samenleving. Naast een veelvoud van eenvoudige graven zijn er een aantal graven met zeer kostbare bijgiften van prachtige, fijn bewerkte sieraden. Opmerkelijk is dat het Wijchense grafveld vrij vroeg wordt verlaten. Dat houdt verband met het oprukkende Christendom.
Dit verhaal is onderdeel van het Verhaal tussen Maas en Waal. Het volgende venster is hier te vinden.
Bronnen en verder lezen:
- W. Blockmans en P. Hoppenbrouwers, Eeuwen des onderscheids. Een geschiedenis van middeleeuws Europa (Amsterdam 2002).
- S. Heeren en T. Hazenberg, Voorname dames, stoere soldaten en eenvoudige lieden. Begravingen en nederzettingssporen uit het Neolithicum, de laat Romeinse Tijd en Middeleeuwen in Wijchen-Centrum (Leiden 2010).
- P. Périn en G. Duchet-Suchaux, Clovis et les Mérovingiens, 250-751 (Parijs 2002).
- L. van de Tuuk, De Franken in België en Nederland. Heersers in de Vroege Middeleeuwen (Utrecht 2016).
- Spannende Geschiedenis, Het grafveld in Wijchen.