Quarles van Uffordgemaal (Alphen GLD.) met plaquette
©Ben van Dijk, Werkgroep Historisch Alphen aan de Maas  CC-BY-NC
bron: www.mijngelderland.nl
Brief van 26 augustus 1576 waarin stadhouder Gills van Berlaymont van het Hof het advies vraagt of hij de bewoners van Alphen en Dreumel 'mitter rauwer hant' zal straffen dan wel hen voor een rechtbank zal halen. © Gelders Archief CC-BY

In de jaren dertig van de vorige eeuw werd door werklozen de nieuwe Alphense wetering gegraven. De stoomgemalen die tot die tijd het water moesten wegpompen hadden te weinig capaciteit. Van november tot mei stonden grote delen van het land bij Alphen aan de Maas onder water.

Na de Tweede Wereldoorlog zorgde de ruilverkaveling voor een planmatige aanpak van het landschap en werkte men aan verbetering van de watergangen, zodat de wateroverlast werd verdrongen en ook de komgronden konden worden gebruikt.

Elektrisch gemaal

In oktober 1952 werd een nieuw elektrisch gemaal bij Moordhuizen in gebruik genomen. Het kreeg twee doorgangen met een vrije lozing en de uitwateringssluis kon 800 kuub water per minuut drie meter omhoog pompen. Het gemaal werd genoemd naar de toenmalige Gelderse commissaris van de koningin Quarles van Ufford. Zo kwam een einde aan de afwatering via de oude stoomgemalen in Alphen. In een zandstenen plaquette staat, moeilijk leesbaar, de volgende tekst: 'Het dient voor het nageslacht bewaard, wat voor een eeuw in kracht vergaard, dit volk tot daden wist te zetten.'

Moordhuizen

Op het gebouw van het gemaal prijkt het straatnaambordje MOORDHUIZEN. Deze naam is mogelijk ontstaan vanuit gebeurtenissen in de Tachtigjarige Oorlog. De Spaanse soldaten waren zuidelijk van de Maas en noordelijk van de Waal gelegerd en kregen geen soldij. De steden in de regio waren goed beschermd en daarom staken de soldaten regelmatig de rivieren over om op het onbeschermde platteland te plunderen. Daarbij vielen veel doden. De plunderingen leidden er ook toe, dat de bevolking geen middelen meer had om de dijken te onderhouden. Alphen ontkwam niet aan de plunderwoede van de Spanjaarden. Soldaten kwamen uit Lith en Varik, soms wel meerdere keren op een dag, dag in dag uit. Ze roofden geld, voorraden, koeien en varkens.

Alphense opstand

In de nacht van 25 op 26 februari 1576 was de maat voor de Alphenaren vol. Bewapend met zeisen, messen en gavels verdedigden zij die nacht hun have en goed tegen de plunderaars. Ze doodden twaalf Spaanse soldaten. Stadhouder Gillis van Barlaymond kreeg toestemming om de Alphenaren streng te straffen, maar Pastoor Wilhelmus de Man vroeg de ambtman in een brief de Alphenaren niet verder te straffen, anders "…sall Alffen niet alleen gedesoleert end verwoest liggen maer sullen alle dorpen in Maes end Waill desolaet verwoest end verdroncken sijn…."
Zou zo de naam Moordhuizen ontstaan zijn? Andere bronnen maken melding van de naam 'Moethusen', voor dit gebied, dat zo veel betekent als 'huizen op een natte plek'.