Dit pand bestaat uit een hoog opgetrokken, dwarsgeplaatst voorhuis met achterhuis. Hier praktiseerden generaties Den Daas als veeartsen. Vanuit Druten trokken zij Maas en Waal in. Vroeger meestal nadat een boerenknecht of -zoon hen per fi ets was komen waarschuwen dat de koe op kalven stond of het “perd” kreupel was.

Voormalige villa van familie Den Daas. © Hans Barten

Uiterlijke kenmerken

Het voorhuis heeft een begane grond en verdieping die is voorzien van een schilddak met hoekschoorstenen. De schoorstenen hebben een ingemetselde rand en zijn voorzien van een afdekplaat. De gevels worden rondom afgesloten door een gepleisterde fries met brede dakgoot, oorspronkelijk een geprofileerde gootlijst. De symmetrische voorgevel is vijf vensterassen breed. De gevel heeft negen rechtafgesloten vensters met hanenkammen en hardstenen dorpels. Op de verdieping hebben de vensters zesruits schuiframen. In de as van de voorgevel bevindt zich een fraaie ingangspartij met platstukken en hoofdgestel met klossen en rozetten. Aan de straatzijde staat een eenvoudig smeedijzeren hek. In de voortuin staat een beukenboom die veel plaats inneemt. De boom staat binnenkort op de bomenmonumentenlijst.

Achtergevel

De achtergevel, die niet te zien is, is uitgevoerd als tuitgevel met rollagen. De deeldeuren worden afgesloten door een segmentboog. De boog is voorzien van een geboorte- en sluitsteen met het opschrift “Anno 1847”.

Het monument is nu een niet-toegankelijke particuliere woning.